conheça um pouco do aeroporto de Amstterdam

restaurante

clique em cima da imagem e imprimir




site pra estuda as horas
http://www.klokrekenen.nl/

gtst woensdag 30 september 2009 deel 3

gtst dinsdag 29 september 2009 deel 2

gtst maandag 28 september 2009 deel 3

GTST 15 september 2009 - deel 2



gtst woensdag 16 september 2009 deel 1





gtst woensdag 16 september 2009 deel 3

GTST 11 september 2009 - deel 1



GTST 11 september 2009 - deel 2
GTST14 302 vídeos Inscrever-se Ícone de alertaInscrito

GTST 11 september 2009 - deel 3

GTST Vervolg Cliffhanger 19 - deel 2 (HQ)

GTST Vervolg Cliffhanger 19 - deel 3 (HQ)



GTST Vervolg Cliffhanger 19 - deel 4 (HQ)

GTST Vervolg Cliffhanger 19 - deel 5 (HQ)

GTST Vervolg Cliffhanger 19 - deel 6 (HQ)

Jack en Janine 2 - Ontkenning gevoelens

Jack en Janine 3 - Janine praat over gevoelens

Jack en Janine 4 - Het interview

Jack en Janine 5 - Etentje bij Janine

1 exame pra Mora Holanda, 

1 In welk deel van de wereld ligt Nederland?





4 Welk land is groter, Nederland of Marokko? Que país é maior, Holanda ou Marrocos?

As perguntas geralmente são bem simples, e sobre cores, maior ou menor, animais, peças de roupa, estações do ano, dias da semana, meses do ano,... etc
Ex: Que cor tem o morango? - Que animal late? - O que vale mais 3 ou 5 euros? - O que vem depois da primavera? - Que dia vem depois da quarta?
O chato eh que são em holandes, dai eh bom decorar alguns advérbios interrogativos: welke (qual), waar (onde), wanneer (quando), waarom (porquê), hoe (como), hoeveel (quanto), hoe laat (a que horas), hoelang (quanto tempo), vanwaar (de onde), waarheen (para onde) etc...




click NO LINK pra fazer o dowloand pra copiar um cd se você quizer

link aqui  
ao abri a pagina click em  dowloand gratis
nazeggen01 Oefentoets 1.wma

O EXAME COMEÇA ASSIM 

A
nazeggen
 você tem que repetir a frase.

B
kort vragen
U hoor steeds een korte vraag, geef op elke vraag een kort antwoord.
você escuta um pequena pergunta, e cada pergunta você da um pequena responta.as frases você tem que dizer a resposta.


 
1 welke maand komt na augustus?
R September.
2
wat zit er in je portemonneé?
R Geld
3
zinj wielen rod of vierkant?
R rond

4 wat smark zoet?
suiker of zout?
R suiker

5wat doe je met een over?
R bakken

6
wat doe je met je mond?
R praten
7
hoe noem je de vader van je moeder?
R opa.

8
is het in de nacht licht of donker?
R donker
9 hoevel centimeter is een meter?
R hondrerd
10
wat is groter een boom of een plat?
R een boom
11
Hoe noem je iemand die groente verkoopt?
R groenteboer

12
welk seizoen komt na lente?
R zomer

13
wat komt er uit de kraan?
R water
14
wat doe je met een vork?
responta:prinkken


C
NAZEGGEN
você tem que repetir a frase.



D
TEGENSTELLINGEN
ANTÔNIMOS.leeg -vol
vazio-cheio
dood-leven
morto-vivo
buiten-binnen
fora-dentro

verboden-toegestaan

altijd-nooit
sempre -nunca

staan-zitter
em pé- sentando

op-onder
em cima-embaixo

rechts-links
direito-esquerdo

niet-wel
nada-muito


snel-langzaam
rápido-devagar